Wijknieuws
- Details
Beeld van De Hoef, zoals die zich nu uitstrekt in de richting van de kust. Als de plannen van Douma doorgaan wijzigt dit beeld drastisch Foto: JJFoto/Erwin Neles
[Alkmaarsche Courant, 29 december 2004]
VAN ONZE VERSLAGGEVER MARK MINNEMA
ALKMAAR -Alsof we hier in Rotterdam zitten. Of New York. Nee, doceert meneer A. Vermeulen, bewoner van de wijk De Hoef: Alkmaar is een doodgewone provinciestad, maar de beleidsmakers lijken door hoogmoed te worden gedreven. "Het wordt steeds gekker."
Hoe leg je anders uit dat een flatgebouw van negentig meter hoog moet komen op de velden van Alcmaria Victrix? En dat niet alleen. Op alle hoekpunten van de kruising Terborchlaan/ Randweg heeft architect Sander Douma een fors en hoog gebouw geprojecteerd.
"Zo helpen ze ook het plantsoen naar de knoppen", fulmineert mevrouw S. Vedder. Zij en Vermeulen wonen op de achtste verdieping van de flat die pal achter de velden van Alcmaria staat. Ze kijken uit op de duinen, zien de Sterflat in Egmond aan Zee en 's avonds de lichtjes van de boulevard. Dat gevaarte van negentig meter hoog zou er precies tussen komen staan.
Hun reactie ligt dus voor de hand. "Afschuwelijk", zegt mevrouw Vedder. "Te gek om los te lopen. Waarom moeten ze per se blijven bouwen. Vol is vol en er zijn genoeg oude huizen waar starters kunnen wonen."
Idioot, beaamt Vermeulen. Alsof het hier op New York moet gaan lijken. "Maar het zal vechten tegen de bierkaai zijn", verwacht hij. "Het zal best lager uitpakken, maar al wordt het zestig meter, dan kijken we er nog tegenaan. Waarom geen laagbouw? Daarvan kun je er ook heel wat kwijt."
Rond de Terborchlaan zul je weinig instemming ontmoeten met de ideeën die architect Douma, de PvdA en Alcmaria vorige week ventileerden. Binnen wijkvereniging De Hoeft Geestmolen al evenmin. Ze wisten wel dat er iéts gaande was, maar dachten dat het om eengezinswoningen zou gaan, zegt voorzitter R. Kleverlaan. "Dat ze nu komen met torens tot dertig lagen hoog is buiten elke proportie."
En wat betreft de ambitieuze ideeën over nieuwe sportvoorzieningen, waarbij ook het woord 'olympisch' viel: "Dan ben je je gevoel voor realiteit kwijt. Zeker in combinatie met een sporthotel is best iets mogelijk, maar wel in verhouding met de omgeving. Het hoeft toch niet zó hoog? Het gaat hier ook om het behoud van de Westrand, van cultuurgoed. En dan komen ze aan met een gebouw van negentig meter. Dan hebben ze dus nog steeds niet begrepen wat bewoners, wat de provincie, wat omliggende gemeenten willen."
"Ze willen vooruitstrevend zijn. Maar dit is geen Parijs, dit is een polderstad. Ga daar ook zo mee om."
Toch is niet iedereen a priori 'teugen'. Brik van der Ham van videotheek MovieMax aan de Terborchlaan vindt juist dat meer flats gebouwd moeten worden. Je kunt er op een klein oppervlak veel mensen kwijt. "Wil je Alkmaar begaanbaar houden, dan zul je omhoog moeten. Bouw je laag, dan heb je veel meer grond nodig, wordt de leefruimte erg ingeperkt. Als je in dertig lagen bouwt, kun je de rest groen houden. Ik kijk liever naar groen." Hij wijst naar de flat aan de Honthorstlaan. "Daar is toch niks mis mee?"
Een groter gevaar vindt Van der Ham dat een flat kan verloederen. Als je het niet goed in de hand houdt, kan het ook heel fout gaan. Wanneer je het niet goed ontwerpt, kunnen allerlei onveilige hokjes ontstaan.
Kleverlaan op zijn beurt twijfelt aan de oprechtheid van de plannenmakers. Hij vermoedt een 'tactiek': hoog inzetten om uit te komen op een toch nog acceptabel aantal bouwlagen. En mevrouw Vedder vraagt zich af 'of die architect wel goedbij zijn hoofd is'. "Zou hij er zelf bovenin gaan wonen?" Sander Douma, desgevraagd: "Oh, ja hoor. Lijkt me schitterend."
Torenflats toch te gortig
ALKMAAR -Leefbaar Alkmaar voelt niets voor de ideeën van architect Sander Douma, de PvdA en Alcmaria Victrix voor het sportterrein van Alcmaria. Te hoog, laat die partij weten. Vorige week toonde Leefbaar Alkmaar- raadslid G. Bannink nog begrip voor een dergelijk idee. EE :zullen toch woningen moeten komen voor het nageslacht, stelde hij. En, zei Bannink: "De partij die hier tegen is zal veel stemmen winnen in De Hoef." Daags hierna volgde een perscommuniqué van Leefbaar Alkmaar. De partij zou 'de discussie over hoogbouw in Alkmaar' niet uit de weg willen gaan. Maar wat Douma samen met de PvdA en Alcmaria heeft bekokstoofd, is de partij echt te gortig. Hoogbouwmoet kunnen, maar het moet passen in de omgeving. Op Overstad zou het kunnen.
- Details
[Alkmaar op zondag; 2 januari 2005]
Door: Ruud de Waard
ALKMAAR -De vernieuwing van steden staat hoog op de politieke agenda. Die vernieuwing is gericht op het realiseren van hoogwaardige en onderscheidende woon-, werk-, winkelen verblijfsmilieus en sport en recreatie. Vaak lukt dat, soms gaat het ook mis. Dan blijkt dat goedbedoelde intenties van ontwerpers en projectontwikkelaars niet door de gebruikers worden herkend. “Een project met een goede architectuur is niet altijd functioneel." aldus Hans van der Leygraaf. De stedelijke ontwikkeling is echter te kostbaar om missers te maken. Meer aandacht voor de gebruikswaarde van vastgoed is hard nodig. Makelaar en adviseur stedelijke vernieuwing Hans van der Leygraaf pleit vanuit zijn praktijk voor een andere rolverdeling binnen de stedelijke ontwikkeling, planvorming en presentatie.
Sinds de presentatie omtrent de plannen om de Westrand wordt in het Alkmaarse druk gediscussieerd. Op zich is het een fantastisch plan, maar heel belangrijk is dat de politiek zich kan vinden in het project dat een initiatief is van omni-sportvereniging Alcmaria Victrix. Architect Douma gaf het eerste startsein en de PvdA staat volkomen achter dit plan waar in de nabije toekomst nog heel veel over gesproken zal worden.
Hans van der Leygraaf: "Bij stedelijke ontwikkeling wordt te weinig gedacht vanuit gebruikers en te veel vanuit vormgeving. Dat gebeurt zowel bij centrumontwikkeling en herstructurering als bij stadsuitbreiding. Een voorbeeld is de presentatie van ‘de Westrand' een heel goed initiatief maar een top-down benadering." (top-down= ik heb een plek, maak wat kostendekkend -winstgevend -is en wat wellicht –hopelijk ook mooi is).
Geen markttoets
De kwaliteit van de ruimte kan op drie manieren worden aangegeven: belevingswaarde, gebruikswaarde en toekomstwaarde. "Van dit trio krijgt de gebruikswaarde vaak onvoldoende aandacht. Bij gebiedontwikkeling zijn markt en architectuur/stedebouw vaak gescheiden werelden.
'Door architecten worden vaak mooie ontwerpen of stedenbouwkundige visies gemaakt maar die sluiten dikwijls niet aan op wat een stad a1s Alkmaar en haar bewoners wil." De doorwatering van deze marktvisies op basis van vergrijzing, economie, ontwikkeling beroepsbevolkingen, geografie locatiekenmerken, stedelijke beleidskenmerken en marktomstandigheden schiet vaak tekort.
"In de planvorming van projecten was met name bij de presentatie van de westrandgemeenten de inbreng van planologen en geografen en markt onderzoekers onvoldoende.
De gebruikswaarde kan. hier sterk onder lijden. Een ander dilemma is dat de politiek, architecten en stedenbouwers nogal eens onbekend zijn met de meerwaarde van planologen, geografen, markt-/ en productonderzoekers. Planologische kennis na concrete projecten vertalen is onvoldoende ontwikkeld. Stedenbouwkundigen en architect op hebben zich daarentegen weten te profileren als 'allesweters' als het gaat om stedelijke ontwikkeling. Maar stedenbouwkundigen zijn in de eerste plaats ontwerpers. Ontwerpen is iets anders dan naar de optimale functionele invulling van projecten en locaties zoeken!' stelt Hans van der Leygraaf. "Net zoals architecten geneigd zijn om eerst het gebouw te tekenen en vervolgens de appartementen zo goed mogelijk in te passen, richt de stedenbouwkundige zich nogal eens vanuit een massastudie op een optimale vormgeving van de stedelijke omgeving, om daar vervolgens als sluitstuk de beoogde functie in te passen (topdown benadering): Het risico van deze aanpak is dat de functionele invulling van een project onvoldoende is afgestemd op de behoeften van de eindgebruikers. Daarnaast vindt op deze wijze onvoldoende afstemming plaats met andere stedelijke en regionale functies. Dit leidt tot situaties van onder of overaanbod en onnodige concurrentie~ Een echte (markt) toets op de gebruikswaarde vindt niet plaats."
Duurzame ontwikkeling
"Duurzame ontwikkeling wordt daarbij vooral vertaald naar milieuaspecten en veel minder naar leefbaarheid en toekomstwaarde. Natuurlijk moeten stedelijke behoeften en doelstellingen een belangrijke rol blijven spelen. Echter, de gebruikswaarde kan en moet veel beter worden onderzocht en moet een belangrijke: rol spelen in de stedelijke ontwikkeling. Hierdoor zal de levensduur van een project toenemen en de noodzaak tot het herstellen van fouten afnemen. En dat is pas echt duurzaam, Meer aandacht voor gebruikskwaliteit moet tot uitdrukking komen in het planvormingsproces. Planologen en geografen moeten hierin een grotere rol krijgen.
Door locatiekenmerken, stedelijke beleidsdoelstellingen, marktomstandigheden en gebruikerswensen te onderzoeken, kunnen zij de optimale functionele invulling bepalen. De 'bottom-up'-benadering (Bottom-up .is van onderuit dus eerst onderzoeken of er behoefte is en voor wie en wat die behoefte is en voor hoelang. Lange en korte termijn en op welke plek kan dit en wat kan er op de plek die je al hebt). Dit leidt tot een optimale combinatie van gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde. Een dergelijke aanpak had er wellicht toe kunnen leiden dat na de presentatie van de westrand men nier alleen maar praat over de hoge torenflats die waren in getekend, maar over de kansen en mogelijkheden van deze plek voor Alkmaar."
Planproces
Het betoog in dit artikel wil niet de indruk wekken, dat projectleiders en stedenbouwkundigen geen oog hebben voor gebruikerseisen. Dat zou niet terecht zijn. "Er bestaan uitstekende projecten die optimaal zijn afgestemd op de wensen en eisen van de uiteindelijke gebruikers. Bij veel projecten kan en moet dit echter beter. De markt voor commercieel onroerend goed maar zeker ook de woningmarkt wordt steeds meer een, vragersmarkt. De tijd dat er over de hoofden van de consumenten heen kon worden ontwikkeld, is voorbij. Daarom kan en moet de gebruikskwaliteit van stedelijk vastgoed beter. Om die kwaliteit te verbeteren moeten planologen, geografen en andere kenners van gebruikerswensen een centrale rol krijgen in het planproces. De opgave is hen aan tafel te krijgen en te houden. Wanneer de vastgoedsector en de gemeentelijke overheid serieus met vraaggericht ontwikkelen aan de slag willen, dan is zo'n rolverandering noodzakelijk. Het zijn planologen en marktonderzoekers die de projectleider en de ontwerpers op basis van onderzoek moeten informeren over de doelgroep, hun gebruikerswensen en het programma van eisen. Het is ook wenselijk om bij dit veranderingsproces een grotere rol te geven aan (toekomstige) gebruikers. Planologen, ontwerpers en consumenten kunnen samen een slag slaan op weg naar een betere, toekomstbestendige stad.
Toekomst
Staat de toekomst van de stad Alkmaar op het spel? De binnenstad is vol en wil de gemeente Alkmaar de woningtaak voor de toekomst, het bouwen van 4000 woningen in de periode van minder dan tien jaar, realiseren zal durf getoond moeten worden. Of er wel of niet hoge woontorens moeten komen is op dit moment een onbelangrijke vraag. Belangrijker is dat het initatief voorstel van de PvdA door de gemeenteraad wordt aangenomen en dat over het project stevig gediscussieerd moet worden. Ook op het gebied van de woningbouw, in het plan wordt gesproken over woontorens, maar dat is misschien een voorbarige stap geweest van de architect, moeten zeker niet de 'korte-termijn-problemen' worden opgelost. Het is een plan voor de toekomst. Een combinatie van wonen en sporten. Een unieke kans voor de Alkmaarse bevolking om over een jaar of tien, vijf, tien groots opgezette sportevenementen te bezoeken, maar dat mag zeker niet ten koste gaan van de stad Alkmaar en haar prachtige historische binnenstad. Een probleem in deze kan bijvoorbeeld het parkeren zijn. En ook belangrijk is dat de omliggende gemeenten) als Bergen en de Egmonden bij dit fraaie project betrokken worden.
Mainpoort
De aantrekkelijkheid van de Alkmaarse economie voor regionaal en nationaal opererende bedrijven hangt onder meer af van de mate van"waar die bedrijven een goede connectie met Schiphol hebben. De expansiemogelijkheden van zo’n bedrijf, maar zeker ook het krijgen van goed opgeleide werknemers, die in hun stad kunnen blijven wonen, werken en recreëren, is een belangrijk gegeven. Minister Dekker heeft aangegeven dat de komende vijfjaar 450.000 nieuwe woningen gebouwd moeten worden, waarvan in Noord Holland -Noord circa 43.000 woningen. Op recreatiegebiedheeft de minister aangegeven 117.000 hectare voor niet commerciële recreatie en 12.000 hectare extra ruimte voor sportvoorzieningen en dat men graag ziet dat dit regionaal wordt ingevuld.
Van der Leygraaf: "Een grote kans voor Alkmaar en de hele regio om grote sportvoorzieningen naar deze regio toe te halen. Alkmaar zal daarin het voortouw moeten nemen. Alcmaria Victrix heeft de voorzet gegeven, nu mag de politiek deze voor opendoel inkoppen. De politiek zou nu snel een initiatiefvoorstel moeten maken, dat naast het onderzoeken naar de kansen aan de westrand met sponrecreatie en wonen en werken ook moeten onderzoeken wat de kansen en bedreigingen zijn met betrekking tot het MCA en de waterzuivering, industrieterrein. Overdie, Sportpark Jong Holland en drafbaan, de Schermer, de binnenstad. De landelijke politiek is nu volop in bewegingen Alkmaar zal de kansen moeten pakken die er zijn," besluit Hans van der Leygraaf. De sponvoorzieningen en kantoren kunnen ook gestapeld worden. Indooratletiekzwembaden, tennisbanen en turnhal kunnen heel goed op elkaar. “Dat bespaan heel veel ruimte, sterker nog: de totaal te bebouwen ruimte wordt er kleiner door. Uit onderzoek is gebleken dat de besparingruim 20% is. In ieder geval hou je meer ruimte over én hoef je niet hele hoge woonappartementen te bouwen. De tijd van monocultuur is voorbij en het is toch geweldig om dicht bij sportvoorzieningen te wonen en te werken en het vergroot de sociale veiligheid van zo'n gebied."
- Details
[Alkmaarsche Courant, 18 januari 2005]
Acht maanden geleden is het nu alweer dat Westerlicht zijn oude bewoners zag vertrekken. Het voormalig verpleeghuis werd door de directie ongeschikt én verouderd bevonden. De échte aftakeling zette zich echter daarna pas in. Nog geen twee maanden na dato hadden vandalen het statige pand aan de Prinses Julianalaan gevonden en sneuvelden de ramen.
Bij menig Alkmaarder zal deze -vermoedelijk kwajongensstreek door de ziel hebben gesneden. Waarom mocht (en mag) Westerlicht niet gewoon zijn tijdloze grandeur blijven uitstralen? Dat de jonge daders geen enkel historisch besef aan de dag legden en zich slechts door vernielzucht lieten leiden, is misschien nog tot daar aan toe.
Maar dat de ziekenhuisdirectie van het Medisch Centrum Alkmaar (MCA) -sinds de ontruiming eigenaar van de blikvanger aan de buitenrand van de Alkmaarderhout vervolgens geen enkel mededogen met Westerlicht toonde en de ramen door houten schotten vervingen, was een veeg teken en een eerste brevet van onvermogen. Maar nóg erger is het dat diezelfde hoge heren tot op heden het beeldbepalende gebouw én rijksmonument niet in de oude luister hebben hersteld.
Verloren is er echter nog niets. Vandaar deze onverholen oproep aan de MCA: stel een daad en blaas Westerlicht het gewenste nieuwe leven in.
- Details
[Alkmaarsche Courant; 22 januari 2005]
Van onze medewerker Martijn Jorritsma
Alkmaar - Als er wordt nagedacht over de toekomst van Alkmaar dan jeuken de handen van architecten. Ongeremd door bouwregels en welstandcommissies gaan ze stukken verder dan een bestuurder ooit durft te dromen. Zo heeft Ton van Rutten van BRT Architecten zich druk gemaakt over de ringweg rond de stad. ,,Want daar kunnen we veel meer mee.''
De discussie over hoe het verder moet met de groei van de stad richt zich vooral op inbreiplekken en op het aankloppen bij buurgemeenten voor bouwgrond. ,,Want Alkmaar zit aan zijn grenzen. Letterlijk'', zegt de Alkmaarse architect Van Rutten. ,,De plannen zijn er wel, maar ze zijn allemaal incidenteel. Ze gaan over kleine stukjes. Als je echte oplossingen wilt, dan moet je durven verder te kijken.'' Dat verder kijken deed Van Rutten dus met betrekking tot de Ringweg. ,,Voor iedereen is het een noodzakelijk kwaad. Een weg die de stad bereikbaar maakt, maar tegelijkertijd geldt als een barrière. Hij splitst de stad in tweeën.''
Volstrekt onnodig, meent Van Rutten. ,,In plaats van de ring als iets negatiefs te zien, wil ik uitgaan van het positieve. Kijken naar de potentie, daar gaat het om. Het is belangrijk om dan de functie van de weg te koppelen aan andere functies. Jarenlang hebben we alles willen scheiden. Bedrijven en woningen moesten niet bij elkaar. De weg moest afgeschermd. Dat is niet goed. Die gebieden moet je juist vervlechten.''
Vervlechten betekent in de visie van Van Rutten dat je soms de strook asfalt laat uitdijen om pal naast de weg een megabioscoop neer te zetten. Of dat je een reeks hoge flats over een weg heen bouwt. ,,Daarin koppel je dan woonruimte en werkruimte. Vanaf de weg rij je zo de parkeergarage in. Het is een ideale manier om de weg onderdeel te laten uitmaken van de stad.''
Hele woonwijk over de weg
Of soms is het wenselijk om een hele woonwijk over de weg te bouwen. ,,Zo haal je de barrière pas echt weg. Nu zijn woonwijken nog gescheiden door onprettige fietstunneltjes en gevaarlijke oversteekplaatsen. Vanuit De Mare is het in het donker geen pretje om naar de stad te fietsen. Als je door parklandschap en een woongebied kunt blijven fietsen, dan wordt het een stuk prettiger.''
Van Rutten heeft zich vooral gericht op het noorden en westen van de ringweg. ,,Aan de westzijde kan je prachtige dingen doen met de natuur. Laat die ook over de weg heenkomen, zodat je de natuur of cultuurlandschap heel vanzelfsprekend laat overgaan in de stad. Nu zijn die twee gebieden nog gescheiden.''
Nu wordt naar ruimte-oplossingen gekeken buiten de stad. ,,Met als gevolg dat de groene ruimte buiten de stad verrommelt met ongewilde bebouwing. Maar je moet eerst naar de potentie van de stad kijken en niet de gemakkelijkste weg kiezen.''
Het idee is vooral bedoeld als denkrichting. Maar dat betekent nog lang niet dat het ook zal worden uitgevoerd. ,,Daarvoor is durf nodig. Op een gegeven moment moet je kiezen, risico's nemen. En ook moet je een aantal regels los gaan laten.''
- Bouwen
- NIEUWE BESTRATING DE HOEF
- Alkmaar: voor de hoogste sport
- Rel rond inrichting ruimte op Plan Bouwfonds
- Broekman Makelaars start verkoop 19 appartementen Jan de Heemstraat te Alkmaar!
- Spetterende muzikale avond
- De Publieke Tribune
- Muziekavond
- Opbouwwerk: wijkorganisatie mag het straks gaan zeggen
- Het doen en laten van Meta Bodenberger